In Wushu (Chinese martiale kunsten), zowel voor de interne als externe stijlen, is ‘wortelen’ een primaire vaardigheid die essentieel is voor het verkrijgen van ‘Jin’ ofwel interne kracht. Vanuit het lichaam gezien zijn de benen de ‘wortels’ waarmee je contact maakt met de aarde. Door trainingen worden de benen sterker en kunnen we beter ‘wortelen’ waarmee we interne kracht kunnen verkrijgen en daarmee een sterk lichaam. Maar wat is dan de relatie tussen ‘wortelen’ en een goede mentale gezondheid?
In Wushu kun je net zoals in TCG naar een persoon kijken vanuit het Yin-Yang-denken. In mijn vorige blog “Ik ben zó boos op mijn lichaam!” gaf ik aan dat we dan kunnen stellen dat het lichaam Yin (materieel, tastbaar) is en de geest Yang (immaterieel, niet tastbaar) is. Een ander belangrijk kenmerk van Yin-Yang is dat deze in elkaar overgaan en uit elkaar ontstaan. Van hieruit kunnen we begrijpen dat er een directe relatie is tussen lichaam en geest. Dus als ‘wortelen’ voor een sterk lichaam (Yin) kan zorgen, dan kan vanuit het lichaam een sterke geest (Yang) ontstaan en een sterke geest zorgt voor een goede mentale gezondheid. Ofwel zoals Thomas Jefferson zei: “A strong body makes the mind strong.”
Tot dusver is de relatie tussen ‘wortelen’ en een goede mentale gezondheid voor iedereen naar alle waarschijnlijkheid overduidelijk. Toch wil ik graag deze relatie nog iets verder uitdiepen.
Een ander belangrijk kenmerk van Yin-Yang is dat Yin Yang controleert en visa versa Yang Yin controleert. Dit betekent dat het lichaam de geest controleert en de geest het lichaam controleert. Deze wederzijdse controlerende afhankelijkheid is essentieel voor het ‘wortelen’. Je hebt een ‘sterke’ geest nodig om de ‘bittere’ fysieke trainingen van Wushu te kunnen doorstaan en vol te houden. Dit om te leren ‘wortelen’ en zodoende een ‘sterk’ lichaam te bewerkstelligen en een ‘sterke’ geest te verkrijgen. Maar het controlerende kenmerk van Yin-Yang kan voor ‘wortelen’ ook anders worden uitgelegd.
Vanuit het Yin-Yang-denken stellen we dat Yin van nature wil dalen en dat Yang van nature wil stijgen. Onze geest zoekt dus altijd het hemelse, maar kan dit alleen bereiken als we met beide benen op de grond staan. Zodra onze benen niet stevig op de grond staan, zijn we niet verbonden met de aarde en dus niet verbonden met de realiteit. Onze geest gaat zweven en we zien de realiteit niet meer in. Het ‘met beide benen op de grond staan’ is in deze optiek ook ‘wortelen’. Het lichaam (Yin) controleert daarbij de geest (Yang) en zorgt ervoor dat de geest niet te veel stijgt en ‘geworteld’ blijft.
Om dit te illustreren nemen we een casus waarbij de patiënt aan anorexia lijdt. We zien duidelijk een situatie waarbij de geest ‘ontworteld’ is, want als we tegen de patiënt zeggen je bent te mager wordt er geantwoord: “Ik ben niet te mager” of zelfs: “Ik ben te dik.” Als we daarbij inbrengen dat veel personen waaronder medici ook vinden dat de patiënt te mager is, reageert deze dat wij het allemaal verkeerd zien. Het verkeerde zelfbeeld van de patiënt zorgt ervoor dat hij/zij onvoldoende blijft eten waardoor het lichaam verzwakt. Het zwakke lichaam is dan niet in staat om de geest te controleren ofwel te ‘wortelen’ waardoor deze geen contact meer heeft met de realiteit.
Interne martiale kunsten zoals Taijiquan en Qigong richten zich op een vrije doorstroming van Qi en het vermeerderen en verbeteren van de kwaliteit van Qi. Maar voor het verkrijgen van ‘Jin’ moet geleerd worden hoe te ‘wortelen’. Met Taijiquan en Qigong kunnen we dus op meerdere manieren een goede fysieke en mentale gezondheid bewerkstelligen. Dus: laten we allemaal gaan ‘wortelen’!
Zàijiàn (tot ziens), Ki-Jan
Terug